top of page
Foto van schrijverPaul Bröker

Over 'onbetaalbaar' volksvoedsel

Vincent van Gogh, detail van Oude boerin met witte muts


Inleiding

Terwijl ik mij vrijwel alleen maar bezighoud met dingen waarnaar ik uitkijk, moet ik toch vaststellen dat ik mij niet zomaar als een jonge hond overal in kan storten. Ik moet af en toe een pas op de plaats maken door het gewoon wat rustiger aan te doen. Ondanks een aantal mooie plannen voor de afgelopen circa twee weken werd ik belemmerd door enige fysieke malheur op twee geheel verschillende gebieden. Hoe dan ook: vanuit mijn bed had ik ruim de tijd om naar de Olympische Spelen te kijken, met als hoogtepunt de pakweg laatste 120 meter van de 4 x 400 meter estafette met die eindsprint van Femke Bol. Prettige afleiding vond ik ook bij het lezen van het prachtige boek van Herman Koch: Geachte heer M (2014), een aanrader voor degene die het nog niet heeft gelezen! Ik trof het aan in een straatboekenkastje aan de Frederik Hendriklaan in Utrecht. Tevens las ik het schitterende boekje De Metsiers (1950) van Hugo Claus dat ik vond in een straatboekenkastje aan de Abstederdijk in Utrecht. 

 

En natuurlijk moest ik de afgelopen dagen ook denken aan deze blog en aan het voorgenomen artikel dat zaterdag moest verschijnen. Ik kon mij er maar niet toe zetten om eraan te beginnen en besloot om het onderwerp dat ik in gedachte had even in de wacht te zetten. In plaats daarvan besloot ik om iets dat bij mij aanvankelijk als grapje was opgekomen uit te werken tot een wat serieuzer kort artikel. "Tja" zal u na het lezen van dit artikel wel denken, "zo kun je alles met kunst in verband brengen!", ... U heeft gelijk!

 Wat is het geval? Ruim een week geleden vernam ik op de televisie dat de aardappelprijs als gevolg van de overvloedige regenval 'historisch hoog' is en dat men in een snackbar voor een ‘patatje met’ al vlug tussen de €4,20 en €5,35 moet afrekenen. Ik neem aan dat velen van de lezers van deze blog zich nog maar al te goed kunnen herinneren dat die traktatie indertijd een kwartje kostte! En nu hoor ik mijn kinderen in gedachten weer roepen: “Dat was zo’n zeventig jaar geleden! 'Je wordt ouder Papa'!” Titel van een lied (1977) van Peter Koelewijn. In gedachten antwoord ik dan maar met de verzuchtende woorden uit het refrein van het mooie liedje Papa (1991) van Stef Bos waarin de zanger steeds opnieuw berustend concludeert: "Papa, ik lijk steeds meer op jou..."!

 

Toen die hoge aardappelprijs door mijn hoofd speelde moest ik onwillekeurig denken aan De Aardappeleters van Vincent van Gogh.

De stevige prijs die tegenwoordig voor een oer-Hollandse hap als een bord met gekookte aardappelen moet worden betaald zou voor mensen die het schilderij zien en die niet helemaal op de hoogte zijn van de precieze situatie die Van Gogh in beeld brengt aanleiding kunnen zijn de bedoeling van Van Gogh verkeerd te interpreteren zodat het schilderij in een totaal ander daglicht komt te staan. Door die hoge aardappelprijs zou bij sommigen immers de gedachte kunnen opkomen dat die boeren het zo slecht nog niet hadden of nog wat extremer dat men meent oog in oog te staan met een stelletje puissant rijke lieden die zich te goed doen aan een voor normale mensen nauwelijks te betalen maaltijd. Natuurlijk weet de trouwe lezer van deze blog wel beter en dat het verbeelden van precies het tegengestelde in de bedoeling van Van Gogh lag. Voor de goede orde licht ik de intentie van Van Gogh nader toe. Hij is daar namelijk heel duidelijk over.

 

De Aardappeleters van Vincent van Gogh

Aan het einde van zijn Nuenense periode (1883-1885), schildert Vincent van Gogh (1853-1890) zijn belangrijkste en meest ambitieuze werk; dat geldt zeker voor de kunstwerken uit de periode dat hij in Nederland als kunstenaar actief was (1880-1885). Zo denkt hij er zelf ook over! In een brief aan zijn zus Wil schrijft hij vanuit Parijs: "Wat ik van mijn eigen werk denk is dat het schilderij van de boeren die aardappels eten, wat ik in Nuenen maakte, après tout het beste is dat ik maakte." (brief zomer-herfst van 1887)


De Aardappeleters was een groots project voor Van Gogh. Aan het definitieve schilderij ging een intensieve voorbereiding vooraf. De kunstenaar schilderde en tekende tientallen koppen van boeren en boerinnen, hij experimenteerde met hun houdingen en maakte studies van hun handen alsof hij op zoek was naar de juiste pose. Dan maakt hij onderstaande voorstudie..

Vincent van Gogh, De Aardappeleters, voorstudie, olieverf op doek op paneel: 73,9 × 95,2 cm., Nuenen, april-mei 1885, Kröller-Müller Museum Otterlo


Het gezicht van de vrouw aan de linkerkant van de tafel kwamen we al tegen op het schilderij waarmee dit artikel opende. Ten behoeve van de voorstudie met de gehele voorstelling van De Aardappeleters heeft hij het gezicht wel enigszins aangepast. Haar gezicht is op het schilderij in het Kröller-Müller Museum donkerder gemaakt en zij oogt wat jonger.


Vincent van Gogh, Oude boerin met witte muts, voorstudie voor De Aardappeleters, olieverf op doek: 63 x 84 cm., 1884, Tefaf Maastricht 2024, nu privécollectie buiten Europa

Vincent van Gogh, De Aardappeleters, definitieve versie, olieverf op doek:

82 x 114 cm., Nuenen, april-mei, 1885, Van Gogh Museum, Amsterdam


Vincent van Gogh schetst een beeld van het leven op het platteland, een beeld van twee boeren en drie boerinnen met grove gezichten en knokige werkhanden rondom een dampende schotel met aardappelen. Op de definitieve versie van De Aardappeleters wijkt het gezicht van de de vrouw nog meer af van het originele portret dat Van Gogh in 1884 van haar maakte.

Schets van De Aardappeleters, uit de brief aan Theo van 9 april 1885,

Van Gogh Museum, Amsterdam


Na een mislukte poging om als volksprediker het geloof te verkondigen onder de mijnwerkers in de Borinage, in die tijd een van de meest troosteloze oorden in België, besluit Vincent van Gogh in 1880 kunstenaar te worden. Het is zijn streven een overtuigend beeld te schetsen van de realiteit van het harde bestaan van plattelandsbevolking; het alledaagse leven van de mensen die zwaar moeten ploeteren om eten te hebben. In een brief aan Theo uit 1885 schrijft  Vincent met indrukwekkende woorden over de bedoeling die hij met het schilderij had: “Ik heb namelijk terdege erop willen werken, dat men de gedachte krijgt dat die lieden, die bij hun lampjes hun aardappels eten met die handen die zij in de schotels steken, zelf de aarde hebben omgespit en het spreekt dus van handarbeid en van dat zij hun eten zo eerlijk verdiend hebben … Ik heb gewild dat het doet denken aan een heel andere manier van leven dan die van ons beschaafde mensen. Ik zou dan ook volstrekt niet begeren dat iedereen het zo maar mooi of goed vindt. … De koppen die aanvankelijk te licht hadden uitgepakt, schilder ik zonder genade over in zowat de kleuren van een goed stoffige aardappel, ongeschild natuurlijk, zodat ze lijken op de aarde die zij bewerken.”

Vincent van Gogh, Twee boerinnen oogsten aardappelen,

olieverf op doek: 31,5 x 42,5 cm., 1885, Kröller-Müller Museum, Otterlo


"Ik heb namelijk terdege erop willen werken, dat men de gedachte krijgt dat die lieden, die bij hun lampjes hun aardappels eten met die handen die zij in de schotels steken, zelf de aarde hebben omgespit en het spreekt dus van handarbeid en van dat zij hun eten zo eerlijk verdiend hebben ..."


Gebruikte literatuur

Tentoonstellingscatalogus, Van Gogh en Millet, Rijksmuseum Vincent van Gogh, 1988 (de gebruikte citaten zijn afkomstig uit deze publicatie)

212 weergaven

Comments


bottom of page